De zwarte Christus

Onderstaand artikel is verschenen in het tijdschrift Loven Boven nr. 392 (2020)

 

De Zwarte Christus, de Bruine Christus en de Kapel van het Krom Kruis – Leuvense volksdevotie in de Sint-Pieterskerk

Kristel Kouwer

Ergens vorig jaar liet ik mijn verzameling prentbriefkaarten van de St.-Pieterskerk door mijn handen glijden. De idee om te schrijven over de Leuvense St.-Pieterskerk spookte reeds een tijdje door mijn hoofd. Ik moest echter vaststellen dat vele specialisten vóór mij, met bijzondere kennis van zaken, reeds vele dikke boeken volgeschreven hadden over deze bijzondere kerk in het centrum van het oude stadsdeel van Leuven. Bij het lezen van deze stukken literatuur, en dit met alle respect voor de architectuurliefhebbers, verloor ik mij hopeloos in de analyse over traveeën, kruisgewelven, dwarsschepen, luchtbogen en kranskapellen; educatief, maar emotieloos. Mijn blik gleed echter over een prentbriefkaart met de afbeelding van een Christusbeeld met onderaan de vermelding: ‘Eglise St.-Pierre – Le Christ Noir’. “Een zwarte Christus? Jezus-nog-aan-toe, daar zou ik over schrijven”!

En zo stuitte ik al zoekend niet alleen op een Zwarte Christus, maar ook op een Bruine en op de kapel van het Krom Kruis. Waar was ik in hemelsnaam (toepasselijk!) aan begonnen? Gaandeweg stuitte ik op vreemde Leuvense devotiegebruiken, op eeuwenoude legendes en op de rol van genadebeelden in het dagelijkse leven. Dat speelde zich allemaal af in de St.‑Pieterskerk van Leuven. Lees maar even mee.

De Zwarte Christus

Ooit hing er in de St.-Pieterskerk een Zwarte Christus tegen de voorlaatste pilaar. Het was een beeld uit de 15de eeuw, gehuld in een lang purperen gewaad. De Leuvenaars wendden zich tot dit Christusbeeld bij nood, rampspoed, ongeluk of ziekte, in de hoop dat hun gebeden soelaas brachten. Naast het bidden en de verering van deze Zwarte Christus bestond er nog een oud volks gebruik dat voornamelijk vóór 1914 plaatsvond. Velen staken met speldekoppen in het kussentje dat zich onderaan het Christusbeeld bevond, of men prikte in het kleed of kerfde in de onderbenen of voeten ervan. Het volk probeerde om zo symbolisch de wanhoop, de ziekte of het lijden op het beeld over te dragen. In dit kleine gebaar waren echter toch verschillen merkbaar. Rampspoed overkwam iedereen, wars van alle rang of stand. De rijken gebruikten uiteraard een mooie sierspeld. Het gewone volk gebruikte kopspeldjes, die bij bijzondere gelegenheid, ook aan pelgrims, op de Grote Markt verkocht werden. De arme lieden gebruikten echter meidoorntakjes en kerfden met de doorn hun ellende in de voeten van de Zwarte Christus, in de hoop er genezende kracht uit te halen. Wanneer in 1914 de Leuvense Sint-Pieterskerk getroffen werd door een Duits bombardement, werd dit beeld door de brand verwoest. De Zwarte Christus verdween in de as. Er bestaat nog slechts een schilderij van het beeld van de hand van Alfred Delaunois.

Toch mag dit Zwarte Christusbeeld niet verward worden met de Bruine Christus, in de volksmond ook wel ‘het krom kruis’ genoemd. Het gaat wel degelijk om twee verschillende beelden. En hoewel de getoonde prentbriefkaart van de Zwarte Christus niet verstuurd werd en dus geen postale kenmerken vertoont, staat er aan de achterzijde een Franstalige tekst die bewijst dat ook deze persoon het verkeerdelijk over de Bruine Christus of het krom kruis had en dus niet over de getoonde Zwarte Christus.

De Bruine Christus, ook wel het Krom Kruis genoemd

De Bruine Christus was een eigenaardig en zeldzaam beeld, waarschijnlijk afkomstig van een kruisafneming. Het werd bij rampspoed in boeteprocessie door de Leuvense straten gedragen. Bij dit Christusbeeld hangt de rechterarm deels naar beneden, waardoor het een raar scheef uitzicht kreeg en de Leuvenaars het in de volksmond al snel over het Krom Kruis of de Kromme Christus hadden. In 1382 werd dit beeld een eerste keer in de Leuvense stadsrekeningen vermeld. Heel bijzonder aan dit beeld is de legende die er door volksoverlevering aan verbonden is. Er werd beweerd dat een dief de gouden kroon van dit Christusbeeld wou stelen. Bij de uitvoering van deze daad zou hij gevoeld hebben hoe de arm van het Christusbeeld op zijn hoofd neerkwam. Een andere versie luidt dan weer dat de Christusarm de rover staande hield. Tegelijkertijd begonnen de klokken van de St.-Pieterskerk te luiden en kon de bandiet gevat worden.

Prentbriefkaart van de Zwarte Christus, uitgeverij Nels-Thill, verspreid door J. van Grinderbeek, 21, rue de Namur, Leuven, niet gelopen. Aan de voorzijde staat de afbeelding van de Zwarte Christus tegen de pilaar, gehuld in zijn kleed in velours met twee biddende personen. Aan de achterzijde staat een handgeschreven tekst met de foute vermelding van de legende van de bruine Christus, wat wel degelijk een ander beeld betreft.

Hoe bijzonder boeiend deze volksoverlevering van de Bruine Christus ook mag zijn, het voedt alleen maar mijn nieuwsgierigheid naar de dieperliggende waarheid … als die er al zou zijn. Het beeld was een laat-romaanse creatie en waarschijnlijk gebeeldhouwd rond 1200. Volgens archeologen zou het een beeld geweest zijn uit een groep en zou het om een kruisafneming gaan. Men spreekt ook hier over een oud Christusbeeld tegen een pilaar, de Nood Gods genoemd en daterend van rond 1500. Bij de oorlog in 1914 ging ook dit beeld helaas verloren in de brand. In 1928 zou echter, als bij wonder (!), een christushoofd opduiken in een kunsthandel te Saint-Germain-en Laye in Parijs, waarvan men beweerde dat het afkomstig was van de Kapel van het Krom Kruis van de St.-Pieterskerk te Leuven.

Deze kapel van het Krom Kruis werd door de kolveniers, de scherpschutters dus, onderhouden en daar hing het bewuste romaans kruisbeeld van de Bruine Christus. Ooit bevond het zich in de St.-Pieterskerk op een altaar onder een van de bogen van het doksaal. Later werd het naar de kapel van de kolveniers overgebracht in de zuiderzijbeuk en dit tot aan de verwoesting ervan tijdens de oorlogsbrand in 1914.

Er werd opzoekingswerk verricht. Men ontdekte dat vóór wereldoorlog I, tussen 1843-1845, het Christusbeeld in restauratie was geweest in het Leuvense beeldhouwersatelier Goyers. Het erg verweerde Christushoofd werd in dat atelier vervangen door een kopie en het was dit beeld dat in 1914 opbrandde. Het originele eikenhouten Christushoofd zou uit de nalatenschap van de kleinzoon van beeldhouwer-restaurateur Egide Goyers uiteindelijk terechtkomen bij de heer Abbé Breuil, een bekende Franse préhistoricus. Ontdekt in 1928, zou het nog tot 1950 duren vooraleer deze bereid was om het originele Christushoofd aan de Sint-Pieterskerk af te staan. Voor deze overdracht trad een hele organisatie in werking. De onderhandelingen en het bewijsmateriaal voor de authenticiteit van het hoofd werden geleverd door professor J. K. Steppe. Het zou inderdaad om een typisch Romaans Christushoofd gaan, gezien de dubbele haarstrengen die niet aansluiten bij het hoofdhaar. Dit was een typisch kenmerk van Romaanse beelden, die ook bij Christusbeelden in Catalonië voorkwamen. De opbrengst van de revues van de mannen van het Boelvarreke (Diestsevest) werd ingezet ten bate van het Christushoofd. Verschillende Leuvense handelszaken verkochten eveneens afgietsels van het hoofd en dat allemaal met maar één doel voor ogen : het Christushoofd terugbrengen naar de plaats waar het thuishoorde, de St.-Pieterskerk te Leuven ! Wie het hoofd nog zou breken over al deze Christusbeelden kan altijd een kijkje nemen in :

750 jaar Leuvense parochies’, Rik Uytterhoeven, ISBN 90429-1258-8, 2002 – ‘De St.-Pieterskerk te Leuven architectuur en kunstpatrimonium’, David Mellaerts, – ISBN 90-334-3879-8, 1998 – ‘Leuven in oude prentkaarten deel 1’, H. Uytterhoeven, ISBN 90288 0857 4, 2000 – (oorspronkelijke uitgifte in 1972) – ‘Leuven vroeger en nu’, A. Smeyers, 1948 – ‘’t Schilderachtige Leuven’, M. Frantzen – ‘Leuven die Scone !!’, kunstschilder P. Derick, expositie 1995

(1)  (2) (3)

Deze drie prentbriefkaarten tonen het oorspronkelijke Romaanse hoofd van de Bruine Christus, ook wel Krom Kruis genoemd. Bemerk de zware verwering. Prentbriefkaarten 1 en 3 zijn van uitgeverij Nels-Thill met copywright V.S.P., Vital Decosterstraat 60, Leuven, prentbriefkaart 2 bevat geen vermelding van de uitgeverij, wel copywright V.S.P. Geen van allen heeft gelopen.

 

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven